Om predatie te voorkomen is het beter om de komende jaren alle torenvalkkasten op een paal te plaatsen. Van belang is om tussen twee torenvalkkasten minimaal 500 meter afstand. te houden, anders vechten de torenvalken elkaar uit het territorium.

Kerkuilkasten die op een hooizolder op de hanenbalken staan zijn lastig martervrij te houden. Een bodemloze emmer voor het invlieggat helpt tot nu toe op een paar plekken, waar voorgaande jaren altijd predatie was. De marter kan dan niet meer via het dak van de kast naar de invliegopening klimmen.
De antimartersluis die al tientallen jaren landelijk in steenuilenkasten wordt gebruikt, blijkt inmiddels niet meer te werken en de marter draait zich als een wokkel door de sluis om de steenuilen op te eten. Dit is met camera’s binnen en buiten de kast geregistreerd. Met monitoren en controleren komen zulke zaken aan het licht en kunnen we actie ondernemen.

Zo gauw je een plek voor de bosuil in dit gebied creëert, worden de ransuilen en kerkuilen verjaagd en de torenvalken en steenuilen opgegeten of uit het territorium verdreven door de bosuil. Bosuilkasten dan ook alleen maar ophangen in een diep en groot bos. Kleine bosjes zijn perfect voor ransuilen..

Elk jaar de kasten schoonmaken en voorzien van een laag houtsnippers is essentieel om de uilen en torenvalken bij de kast te houden. En zo luisvlieg en ander ongedierte uit de kast te houden.

Dode uilen en roofvogels, met en zonder ring, graag melden bij de vogelwerkgroep.

Mark Koeleman - Vogelwerkgroep Noordwestachterhoek